De geschiedenis van Molen De Duif
Een korenmolen was in vroegere tijden een bijna onmisbaar onderdeel van de voedselvoorziening van een dorp. De molenaar nam in de dorpsgemeenschap een belangrijke positie in. Hij was in vele gevallen pachter van een koren molen en de lokale adel, een gasthuis of een stadsbestuur was eigenaar van de molen. Molen De Duif in Nunspeet, vroeger genaamd de Veelhorster molen was in de 17e eeuw het bezit van de invloedrijke familie Feyth uit Elburg. In 1733 werd de molen bij testament nagelaten aan de Stichting Feithenhof. Het Feithenhof verpachtte de molen en het molenhuis aan een molenaar. In 1818 werd in Nunspeet de standerdmolen vervangen door een achtkantige molen. Deze werd op een 4.10 meter hoge belt geplaatst en werd daarom ook wel een beltmolen genoemd. In 1860 werd de heer H.Westerink eigenaar van de molen, maar dat was van korte duur, want in hetzelfde jaar overleed hij. In 1865 hertrouwde zijn weduwe, Aaltje met Rijk van de Bosch.
In 1886 sloeg de bliksem in de molen. De molen toen nog maar 25 jaar oud brandde geheel af. Omdat de molen toen nog echt in gebruik was, moest er heel snel weer een nieuwe molen komen. Molenbouwer firma Ten Sijthof uit Deventer had al een molen in onderdelen klaar liggen, voor een zaak in Limburg. Die zaak was failliet gegaan, dus kon de molen met paard en wagen 60 kilometer naar Nunspeet worden vervoerd. Na hard werken was de molen in 6 weken opgebouwd en weer in bedrijf. De hele molen kostte toen fl 6.000,00. Tot de Tweede Wereldoorlog lagen er drie koppels stenen in de molen voor het malen van tarwe, rogge en veevoer. Daarvan resteert alleen nog een koppel 17er maalstenen met een regulator voor het malen van tarwe. Tot 1968 is de molen in bezit gebleven van fam. van de Bosch, maar de molen had toen al jaren niet meer gedraaid, omdat hij in een zeer slechte staat verkeerde. Wel werd de nu nog in de molen aanwezige elektrische hamermolen gebruikt om graan van de boeren te malen. Ook is er nog een haaks drijfwerk van de vroegere koekenbreker te zien.
In 1968 werd de toenmalige veevoederzaak inclusief de molen gekocht door Gerrit Timmer. In 1974 deed hij aanvraag voor restauratie maar het duurde tot 1982 eer de restauratie gereed was. De totale restauratie kosten bedroegen toen fl 300.000,00. Vanaf die tijd wordt er ook weer gemalen met de molen. Door de gietijzeren bovenas (nu als decoratie bij de ingang) uit 1867 zijn in 1982 nieuwe ijzeren roeden met een Oud-Hollandse tuigage en een vlucht van 23.9 m. gestoken. Met het kruirad achter aan de staart wordt het Engels kruiwerk onder de kap in beweging gebracht. In 1993 heeft Gerrit Timmer de molen verkocht aan de heer Evert Bonestroo die de molen in 1999 al weer verkocht aan de heer Corjan Willemsen, de heer Timmer is wel als vrijwillig molenaar blijven malen. Ruim 25 jaar heeft hij deze werkzaamheden gedaan. Ook heeft hij veel bezoekers vermaakt met zijn boeiende verhalen tijdens rondleidingen.
Burenruzie in 1740 op de Veelhorst
Burenruzies zijn van alle tijd en van alle plaats. In 1740 liep de ruzie tussen twee vermogende dames hoog op in Nunspeet. Inzet was de toepassing van het oude windrecht. De Veelhorster Molen (nu molen De Duif ) had zeer oude papieren.
Vanouds was het windrecht een heerlijk recht dat toekwam aan de landvorst, in dit geval de Hertog van Gelre. Aan het windrecht waren bepalingen verbonden zoals in het Gelderse Landrecht uit 1609 stond beschreven: “geen schotwilligen (opslaande bomen) of andere opwassende boomen nader bij den voorseiden (water)molen geplantet sullen worden dan op 100 roeden end knotwilgen dan op 50 roeden”. Rond een molen mochten binnen een cirkel van 380 meter resp. 190 meter geen opgaande – en knotbomen worden geplant. Op een afstand van 200 meter ten noorden van de Veelhorster molen, dus binnen het windrecht, lag het erf Grobbenhorst. De aanleiding tot de burenruzie was het aanplanten van bomen rond Grobbenhorst. De eigenaresse van het erf, Engelberta van den Clooster douairiere Schrassert uit Harderwijk, trok zich niets aan van het windrecht; ze plantte bomen. De eigenaresse van de molen, Maria Catharina Feith uit Elburg, voelde zich diep benadeeld en riep de hulp in van de landdrost (= gouverneur) van de Veluwe Lubbert Adolph Torck.
Er ontstond een fors proces. Landdrost Torck gaf de scholt (= burgemeester) van Ermelo Tileman Bon de opdracht alles te onderzoeken. Samen met de onderscholt Geerloff Martens nam hij een achttal verhoren af. Eerst werd koster Wolter Noyen opgeroepen. Noyen wist van de aanplant, alleen wist hij niet hoeveel. Twee andere getuigen beaamden dat er 600 of 648 bomen waren geplant. Een drietal arbeiders werden daarna aan de tand gevoeld. De eerste verklaarde dat de bomen bij nacht waren geplant, de tweede en de derde beriepen zich op de uitspraak van mevr. Schrassert dat de molen overlast veroorzaakte. Daarna kwam molenaar Derk Hartgers en zijn zoon. Zij verklaarden dat de molen soms stil stond bij noordenwind. De meningen waren dus zeer verdeeld.
Dan gebeurde er echter iets onverwachts: mevr. Feith stierf 5 september 1740. Zij had al in 1733 een testament opgesteld waarin de molen in het bezit zou komen van de Feithenhof, een tehuis voor oude mensen dat door haar was opgericht. De executeur-testamentair burgemeester Harmen van Erckelens uit Elburg kwam nu in beeld. Hij zocht contact met zijn collega burgemeester Roderic Schrassert uit Harderwijk, een verwante van de eigenaresse van Grobbenhorst, en gezamenlijk kwamen zij tot een oplossing: “er wort in der minne geremoveert (besloten) en daar omtrend geaccordeert (overeengekomen)” dat de beplantingen om de boerderij iedere zes jaar worden geknot op 2,4 meter boven de grond. En nieuwe aanplant is verboden.
De scholt van Ermelo diende nog wel een forse rekening in van 25 gulden en 10 stuivers. En zo liep een fikse burenruzie toch nog goed af tot wederzijds genoegen. Landdrost Torck zal tevreden zijn geweest over het resultaat. Hij hoefde zelf immers niet in actie te komen.
Peter Veen
De techniek
Onderhoud geschiedenis
- In maart 2022 is molenmakersbedrijf Berkhof begonnen met de restauratie van de kap. Deze werd voorzien van nieuw riet ook was er behoorlijk wat houtrot en werden de korte en de lange spruit vervangen. De wieken werden i.v.m. roest van binnen uit afgekeurd en geheel vernieuwd.Ook is de molen weer geschilderd door schildersberijf Witteveen.Begin september 2022 is de molen weer maalvaardig opgeleverd.
- Adresgegevens:
- Molen De Duif
- Molenweg 91
- 8071 TJ Nunspeet
- Tel: 0341-254145
- BGG: 0341-252356
- Klik hier voor de route naar molen De Duif
© 2015 - 2024 Stichting vrienden van molen De Duif Nunspeet Alle rechten voorbehouden